De documentaire Walden is vernoemd naar het boek uit 1854 van Henry David Thoreau. De Amerikaanse auteur beschrijft daarin zijn poging om op eenvoudige wijze in de natuur te leven. Daniel Zimmermann gebruikt in zijn film de natuur als uitgangspunt voor een commentaar op de wereldeconomie. De manier waarop Walden is geconstrueerd roept de vraag op of de film eigenlijk wel een documentaire genoemd kan worden.
Het had weinig gescheeld of Walden was nooit afgemaakt. Op de eerste draaidag ging het bijna op fatale wijze mis. Zwitserse filmmaker Daniel Zimmermann had zijn camera geplaatst midden in een bos van het benedictijnse klooster nabij de Oostenrijkse stad Admont. Terwijl de camera een langzame draaibeweging van 360° maakte zou een houthakker op precies het juiste moment een omgezaagde boom laten omvallen. Zijn timing was perfect, maar door een inschattingsfout viel de boom bijna op de crew. Het levert een vroeg spectaculair moment op in een film die het verder niet van gevaarlijke stunts moet hebben.
Walden wordt door Zimmermann betiteld als a slow down road movie. We volgen een stapel hout dat via het Oostenrijkse bos een reis maakt naar het Braziliaanse regenwoud. We passeren treinstations, parkeerplaatsen voor vrachtwagens, douaneposten, drukke havens en riviermondingen. De film bestaat uit dertien onafgebroken shots waarbij de camera telkens met de klok mee om zijn as draait. Begeleidende teksten, voice-over, dialogen en muziek ontbreken volledig. De trage camerabewegingen geven de kijker gelegenheid om rustig de gedachten te laten gaan over de economische motieven van onze geglobaliseerde wereld. In het absurdistische Walden wordt het exportproces omgedraaid en lijkt het alsof bewoners van het houtrijke regenwoud behoefte hebben aan een stapeltje planken uit Oostenrijk.
Zimmermann is naast filmmaker ook beeldend kunstenaar. Hij is gespecialiseerd in houtsculpturen. Zijn Walden is meer een geëngageerd kunstproject dan een documentaire. De reizende planken in Walden vormen een kunstwerk dat al enige jaren centraal staat in zijn werk. Het hele proces waar de kunstenaar ons van getuige laat zijn is volledig geënsceneerd.
De mensen die in beeld komen zijn zelden toevallige passanten. Ze staan daarom ook allemaal netjes als personages op de aftiteling vermeld. Zelfs de twee wielrenners die een paar seconden door het beeld fietsen zijn door de regisseur op het exacte moment en op de juiste plek daar geplaatst. De twee sporters worden weerspiegeld in een scène met twee tennissers aan de overkant van de oceaan. Vrachtwagenchauffeurs, treinmachinisten en kapiteins weten precies wanneer ze hun voertuigen in beweging moeten zetten. Alles valt perfect op zijn plaats. Zimmermann laat niets aan het toeval over en doet dat met een imponerende precisie.
8/10