De Australische film Babyteeth en het Duitse drama Ich War Zuhause, Aber hebben weinig met elkaar gemeen. Wat beide films delen is een dansscène die een personage in een nieuw perspectief plaatst.
Het duurt enige tijd voordat we in Babyteeth doorhebben dat de jonge Milla (Eliza Scanlen) ernstig ziek is. De film lijkt tot die realisatie vooral te gaan over haar onstuimige relatie met Moses (Toby Wallace). In de eerste scène ontmoet ze de impulsieve jonge crimineel op het perron. Pas achteraf vraag je je af wat vlak voor de ontmoeting door haar hoofd ging en of ze misschien aan het overwegen was om voor de eerstvolgende trein te springen. Moses komt letterlijk haar leven binnen rennen en maakt een energie bij haar los die ze verloren leek te hebben. Ouders Anna (Essie Davis) en Henry (Ben Mendelsohn) zijn niet blij met Milla’s nieuwe vriendje. Ze proberen hun dochter te begrijpen en protesteren zo voorzichtig mogelijk. De invloed van Moses is een zorg die ze er niet bij kunnen hebben. De ouders hebben hun verdriet over Milla’s lot nog geen plaats kunnen geven. Anna slikt medicijnen die psychiater Henry haar voorschrijft. Hij probeert zijn emoties zoveel mogelijk in bedwang te houden, want daar heeft hij immers voor gestudeerd.
Anna en Henry zijn lieve ouders, maar hun bezorgdheid verstikt Milla. Er zit nog zoveel levenslust in de tiener en dat moet eruit. De ontlading vindt onverwachts plaats tijdens het terugkerende bezoek aan vioolleraar Gidon (Eugene Gilfedder). De leraar onderbreekt Milla’s ongeïnspireerde vioolspel. Everything you touch, you destroy. Hij pakt uit zijn platenkast de vinylversie van de eerste, titelloze EP van Sudan Archives. Milla zet de naald op het tweede nummer Come Meh Way. Het is een interessante keuze van Gidon, want autodidact Sudan Archives heeft een vrije manier van musiceren die sterk afwijkt van de stukken die Milla normaal gesproken van partituur moet spelen. De korte ritmische track, die in de scène bijna in zijn geheel wordt afgespeeld, is een creatieve vonk die Milla aanzet tot een spontane dans.
Dankzij de dans verandert Milla voor onze ogen, want dat is wat dans doet. Dans geeft expressie aan een deel van een persoonlijkheid dat verborgen ligt en dat vaak niet in woorden is te vatten. Het legt een onontgonnen zelf bloot. Milla bevindt zich volledig in het moment. Vergeet ze tijdelijk het lichaam dat haar in de steek laat of is dansen een vorm van protest tegen sterfelijkheid? In de volgende episode is Milla kaal en realiseren we voor het eerst dat ze heel erg ziek is.
De dans van Milla laat niet ongemoeid. Dat heeft te maken met de wijze waarop Eliza Scanlen ons verrast en kortstondige levensvreugde in danspassen omzet, maar ook met de manier waarop debuterende regisseuse Shannon Murphy de actrice in beeld brengt. De camera danst mee en er ontstaat een pas de deux tussen Milla en de kijker. We kunnen ons tegelijk voelen zoals Gidon. Hij kijkt ontroerd toe, net als moeder die tijdens de dans binnen komt lopen en haar dochter ziet schijnen zoals ze nooit tevoren. Het zal niet de laatste keer zijn dat het cliché-vrije Babyteeth de kijker verrast.
Een dansje verandert ook moeder Astrid (Maren Eggert) in Ich War Zuhause, Aber. Astrid is moeilijk te doorgronden. Ze roept lange tijd geen sympathie op. Ze lijkt onder constante spanning te staan en maakt grote conflicten van kleine meningsverschillen. Een van haar terugkerende ruzies gaat over de aankoop van een tweedehands fiets bij een particulier. De fiets heeft volgens haar een mankement en ze wil haar geld terug. Astrid heeft geen boodschap aan de slechte gezondheid van de verkoper en zijn bereidheid de benodigde reparatie zonder extra kosten zelf te verrichten. Thuis gaat het niet goed tussen moeder en haar twee kinderen. De film begint met de verdwijning van dertienjarige zoon Phillip (Jakob Lassalle) en de meest schrijnende scène is die waarin de treurende Astrid de troost van zoon en dochter niet accepteert. Waar is het misgegaan?
In de drie films die ik tot nu toe heb gezien van Angela Schanelec is sprake van afwezige personen. Soms verdwijnen hoofdpersonen voor lange tijd uit hun eigen verhaal. Soms verdwijnen ze voorgoed. De grote afwezige in Ich War Zuhause, Aber is de overleden vader. We zien hem niet, maar hij is wel aanwezig in een flashback. De scène lijkt door Astrid gedroomd terwijl ze rust tussen dode bladeren in het bos. Singer-songwriter M. Ward zingt op de soundtrack zijn langzame versie van Let’s Dance. Astrid en de kinderen voeren een onhandig dansje uit. Het duurt even voordat duidelijk is dat we ons in een kamer in een ziekenhuis bevinden. We zien een stukje van het voeteinde van een bed. Op de achtergrond zit een verpleegster toe te kijken. Dit is de kamer van de zieke vader. Zijn gezin heeft een dansje ingestudeerd om hem op te vrolijken.
Net als in Babyteeth hebben we de ontwapenende dans niet zien aankomen. Het overrompelt ons. Astrid lacht voor het eerst in de film. Dit is een hele andere vrouw dan we tot nu toe hebben gekend. We zien een fractie van het geluk dat ze heeft achtergelaten na het overlijden van haar man. De korte scène geeft ons inzicht in de oorzaak van Astrids gedrag. Door de dans vervaagt de antipathie die het personage met haar eerder getoonde gedrag heeft opgeroepen. Zou Astrid uit deze herinnering nog iets positief kunnen putten en zichzelf ermee overeind helpen? De dans geeft hoop. We durven verder te kijken.
Babyteeth draait nu in de bioscoop. Ich War Zuhause, Aber is via Duitse import op dvd verkrijgbaar.