Leven en werk van Vincent van Gogh blijven onverminderd een inspiratiebron voor filmmakers. Een jaar na Loving Vincent (2017) draait At Eternity’s Gate in de bioscoop. De animatiefilm Loving Vincent is een knap gemaakt bewegend prentenboek dat aan de oppervlakte blijft. Kunstschilder en regisseur Julian Schnabel brengt in At Eternity’s Gate de schilderijen van Van Gogh tot leven door op zoek te gaan naar de drijfveren van de Nederlandse schilder.
Julian Schnabel liet ons in zijn eerdere film The Diving Bell and the Butterfly (2007) kijken via het beperkte gezichtsveld van de bijna volledig verlamde Elle-redacteur Jean-Dominique Bauby (Mathieu Amalric). In Schnabels portret van Vincent van Gogh kijken we door de ogen van een kunstenaar die laveert tussen extase en psychische nood. In beide gevallen trekt een waas over het beeld die ervoor zorgt dat we meer naar licht dan naar vormen kijken.
In plaats van de kokervisie, zoals in de film uit 2007, wordt in At Eternity’s Gate in breed formaat meer van de wereld getoond dan de kunstenaar aankan. Het verblindende zonlicht geeft het landschap in de ogen van Van Gogh (Willem Dafoe) een gouden glans. Hij krijgt zoveel inspirerende indrukken te verwerken dat hij er dubbel van gaat zien. Absint helpt ook een handje. Aan het begin van de film wordt een voorproefje van deze overweldigende en ook desoriënterende manier van waarnemen getoond wanneer Van Gogh een schapenherderin op zijn pad treft en haar spontaan vraagt voor hem te poseren. (*)
Van Gogh verlaat in 1888 de grijze mistsluiers van noordelijk Frankrijk en gaat in het zuiden op zoek naar nieuw licht. Het zonlicht in de omgeving van Arles roept gevoelens bij hem op die vergelijkbaar zijn met een religieuze openbaring. I feel God is nature and nature is beauty. De weidse landschappen aan zijn voeten gunnen hem een blik in de eeuwigheid. De kunstenaar deelt zijn bezieling met de meer nuchtere Paul Gauguin (Oscar Isaac). De twee verschillen vaak van mening, maar Van Gogh zou niet zonder zijn schildersvriend kunnen.
Het plotselinge vertrek van Gauguin roept een angstwekkende duisternis op in Van Goghs hoofd. Hij is niet meer in staat te creëren en doet onbezonnen dingen waar hij zich later weinig of niets meer van kan herinneren. Waangedachten jagen hem tijdelijk het gesticht in waar alleen het bezoek van broer Theo (Rupert Friend) voor enige troost zorgt. De waanzin is vooral te horen op de soundtrack. De paniekaanvallen gaan vergezeld van een herhaling van dialogen die we zojuist hebben gehoord, alsof het brein zich in een echokamer zonder deuren en ramen bevindt.
At Eternity’s Gate is geen clichématige film over een kunstenaar die moet lijden om zijn meesterwerken te schilderen. Vincent van Gogh creëert juist vanuit de extase die hij ervaart bij het aanschouwen van de natuur om hem heen. Zonder schilderen heeft het leven geen zin, legt hij uit, wanneer mensen hem vragen waarom hij verf op het doek smeert. In een gesprek met een priester (Mads Mikkelsen) vergelijkt de schilder zichzelf met Jezus, niet alleen omdat Jezus net als Van Gogh pas na zijn dood een wereldwijd fenomeen werd, maar ook vanwege zijn missie om het evangelie van het licht te verkondigen.
Willem Defoe vertolkt Van Gogh met dezelfde kalmte waarmee hij ook de rol van Jezus benaderde in The Last Temptation Of Christ (1988). Het zou me niet verbazen als Julian Schnabel de acteur vanwege die film heeft gecast, los van Defoe’s onmiskenbare kwaliteiten. Met de Jezusfilm van Martin Scorsese in gedachten vallen de messianistische trekjes van de schilder extra op. Het zal Schnabel ook niet zijn ontgaan dat Scorsese zelf even Vincent van Gogh mocht zijn in een van de dromen van Akira Kurosawa in diens Dreams (1990). Filmmakers zijn ook schilders.
7/10
(*) Ik dacht even dat de schapenherderin gespeeld werd door Isabelle Huppert, maar het is haar dochter Lolita Chammah.