Tokyo Tribe is een Japanse gangsterfantasie in de vorm van een hiphopmusical. De film is gebaseerd op de mangaserie Tokyo Tribes van Santa Inoue. Bijna alle acteurs en figuranten rappen solo of in koor over een slome beat, afkomstig van de draaitafels van een stoere vrouwelijke bejaarde DJ. Haar bijdrage wordt op de soundtrack uitgesmeerd over een lengte van bijna twee uur. De eerste rapper is een naamloze MC (Shôta Sometani) die de film introduceert en gedurende een lange nacht op onderkoelde wijze de gebeurtenissen van commentaar voorziet. Tokyo Tribe biedt voornamelijk leeg spektakel.
In een fictieve versie van Tokio heeft elke wijk een eigen jeugdbende. Ze worden elk in een uitgebreide proloog aan de kijker voorgesteld. Tijdens hun introductie kijken de bendeleden gespeeld boos in de camera en rappen ze met veel aplomb over hun kwaliteiten. Ondanks hun onbevreesde houding lijken ze verder geen bedreiging te vormen. Van conflicten tussen de bendes onderling is geen sprake. Het enige gevaar is de geblondeerde spierbundel Mera (Ryôhei Suzuki), leider van de Wu-Ronz in de wijk Bukuro. Hij verkoopt openlijk drugs die hij verstopt in cassettebandjes met hiphopmixen. Als een onervaren politieagente hem wil arresteren, wordt ze langdurig publiekelijk door hem aangerand. Niemand grijpt in, vooral niet haar veel oudere collega die in de politiewagen is achtergebleven. De hoogst onaangename confrontatie wordt door regisseur Sion Sono op verlekkerde wijze uitgerekt.
Mera gaat een samenwerkingsverband aan met Buppa. Deze sadistische gangsterbaas wordt op afzichtelijke wijze met een aaneenschakeling van tics en gekke bekken vertolkt door de Japanse schmierkampioen Riki Takeuchi. De twee slechteriken zijn verantwoordelijk voor de dood van een vriend van Kai (Young Dais), de populaire leider van de bende Musashino Saru. Een massale bendeoorlog tijdens het ochtendgloren is onvermijdelijk. De Musashino Saru wordt geholpen door Norichan (Yui Ichikawa), een lenige vechtsportspecialiste die in het vijandelijke netwerk is geïnfiltreerd om seksslavinnen te redden. Norichan is een van de weinige personages die een enkele keer in close-up gefilmd wordt en zich op die manier kan onderscheiden van de massa.
Collectief versus individu
Tokyo Tribe gaat meer over collectieven dan over individuen. Het is lastig om je te identificeren met een collectief, zeker als die uit tientallen veelal naamloze personages bestaat. De overvloedige totaalshots wekken de indruk dat iedereen even belangrijk is en dus moet je actief op zoek naar personen die behoren tot de kern van het verhaal. Sommige acteurs vallen op door middel van hun opzichtige acteerstijl of vanwege een bizar kapsel, maar zij blijken vaak weinig meer dan bijfiguren. De hoofdpersonen blijven te lang onzichtbaar omdat de onderlinge verhoudingen niet zijn op te maken uit de positie die de personen binnen het kader innemen. Daardoor wordt het bijvoorbeeld pas heel laat duidelijk dat de kleurloze Kai een essentiële rol in de film speelt.
Eentonig
Het grootste deel van Tokyo Tribe is gefilmd vanaf een Steadicam, het hulpmiddel voor de cameraman om uit de hand te filmen zonder dat de camera schokt. De Steadicam zweeft met een soepele beweging door het decor. De lange openingsscène is de meest complexe, vanwege de lengte van het shot, de beweging vanaf een dak naar straatniveau en de vele personages die voorbijkomen. Als je deze openingsscène vergelijkt met bijvoorbeeld de magnifieke opening van Breaking News (Johnnie To, 2004) dan valt bij Tokyo Tribe het gebrek aan aansprekende beeldcomposities op. Breaking News begint met een vloeiende opeenvolging van verschillende kaders. De camera in de Japanse film loopt slechts braaf achter de actie aan en laat het vaak aan de kijker over om zelf orde te scheppen in de totaalshots. Deze filmstijl domineert en maakt Tokyo Tribe visueel zeer eentonig.
Deus Ex Machina
Sion Sono bewijst opnieuw een matige verteller te zijn. Zijn film is net zo spannend als vuurwerk op Oudejaarsnacht. De massascènes onder regenboogkleurige neonlampen zijn bij vlagen spectaculair, maar door gebrek aan identificatie wordt ik niet warm of koud van de vuistslagen en door de lucht vliegende vechters. Ondanks de uitgebreide introductie in de proloog is het onmogelijk een band te voelen met de bendeleden uit de verschillende wijken. De meeste bendes zien we pas laat in de film terug, wanneer ze een eenheid vormen tegen het grote gevaar dat Mera en Buppa vormen. De twee boeven toveren uit het niets een geheel nieuw leger tevoorschijn: de Waru. De film heeft tot aan hun verschijning geen enkele aanwijzing gegeven over hun bestaan. Sion Sono heeft meerdere verrassingen die hij inzet wanneer het hem uitkomt. De meest bizarre verrassing is de dodelijke constructie die schuilt blijkt te gaan achter een deur in het verblijf van Buppa. Zelfs Buppa zelf wordt er onaangenaam door verrast.
Verkeersagent
In de volgepropte plot raken meerdere verhaallijnen gehavend en blijft de functie van sommige bijrollen in nevelen gehuld. Er is een relatie tussen Norichan, een hogepriester en een zwarte vechtreus, maar mijn interesse was dermate verslapt dat ik de connectie tussen de drie niet meer aan een nader onderzoek heb onderworpen. Een pistool met ingebouwde telefoon en een breakdance waarmee een gevangenisslot wordt geopend zijn de paar grappige vondsten, wat echter onvoldoende is om de film alsnog te laten slagen. Sion Sono is een meester in het controleren van meutes. Hij had beter verkeersagent kunnen worden.
1/10
Tokyo Tribe was te zien tijdens het aflopen International Film Festival Rotterdam en verschijnt later dit jaar in Europa op dvd/Blu-ray