Le Passé (Asghar Farhadi, 2013)

Facebooktwitterpinterestlinkedin

lepasse2

La Passé is niet zo briljant als Asghar Farhadi’s Oscar-winnende vorige film A Separation (2011). In zijn nieuwe film, over een driehoeksverhouding tussen een Franse vrouw, haar teruggekeerde Iraanse ex-man en haar nieuwe geliefde, stapelen de misverstanden zich naar mijn smaak te veel op. Ik moest zo vaak de zeilen bijzetten, dat ik tegen het eind van de film mijn richtingsgevoel dreigde kwijt te raken. Bij een van de laatste ontboezemingen in het verhaal had ik het gevoel dat iets niet helemaal klopte en werd ik minutenlang afgeleid door mijn eigen gepeins. Het zal vast gelegen hebben aan een kortstondige onoplettendheid mijnerzijds. Farhadi heeft de touwtjes te strak in handen voor het maken van inhoudelijke vergissingen. De regisseur maakt er geen gewoonte van zaken aan het toeval over te laten, anders was hij niet in staat geweest zo’n magnifieke slotscène te draaien. Ik zou de film alleen al vanwege die scène nog een keer willen zien, om er zeker van te zijn dat er inderdaad geen montage aan te pas is gekomen.

De camera beweegt zich vanaf het begin van het verhaal met gemak door kleine ruimtes, terwijl de acteurs elkaar verbaal te lijf gaan. Een enkele keer blijft de camera plagerig achter glas staan en zijn de dialogen onhoorbaar. Dankzij de uitgekiende cameraposities is de kijker binnen enkele minuten vertrouwd met het huis van Marie (Bérénice Bejo) en dat is knap, want eigenlijk hebben we vanwege de aanhoudende gesprekken, en het lezen van de vele ondertitels, nauwelijks gelegenheid de omgeving in ons op te nemen. Het huis is een vertrouwde plek, maar het voel niet als een thuis, precies zoals de teruggekeerde Ahmad (Ali Mosaffa) het ervaart.

8/10