Geen groter contrast dan die tussen acteurs Boris Karloff en Leonardo DiCaprio. Karloff (1887-1969) was een gentleman van Britse komaf die, vanwege zijn postuur en prominente voorhoofd, gedoemd was tot zijn laatste snik monsters te spelen. Naast een opvallende, diep gegroefde karakterkop maakte een spraakgebrek het de acteur extra lastig grote, serieuze rollen te bemachtigen. Pretty boy DiCaprio heeft zelfs op 35-jarige leeftijd het uiterlijk van een late tiener. Hij sluit zijn gezicht door zijn ogen toe te knijpen en geeft daarmee de indruk de wereld te bekijken met een lichte arrogantie. Deze blik heeft de acteur geen heldenrollen opgeleverd, maar maakt hem wel uitermate aantrekkelijk voor het spelen van intelligente boeven en aantrekkelijke outsiders. Menig tienermeisje zou hem graag als fout vriendje opeisen. De twee acteurs bezoeken allebei hetzelfde afgelegen eiland, ieder in zijn eigen film.
Ondanks hun uiterlijke verschillen hebben Karloffs Griekse generaal Nikolas Pherides in Isle Of The Dead (Mark Robson, 1945) en DiCaprio’s US Marshal Teddy Daniels in Shutter Island (Martin Scorsese, 2010) veel gemeen. Beide personages zijn weduwe en allebei arriveren ze op een klein, afgesloten eiland. Karloff heeft zijn vrouw op het eiland begraven in een mausoleum en merkt bij aankomst dat het graf geplunderd is. Marshal Daniels gaat samen met zijn collega Chuck (Mark Ruffalo) op zoek naar een vrouw die op het eiland is verdwenen uit een inrichting voor gevaarlijke psychiatrische patiënten. De generaal zit nog midden in de Griekse oorlog die in 1912 op het vasteland woedt. Voor de Amerikaanse marshal is de oorlog een traumatisch verleden. In zijn nachtmerries keert hij telkens terug naar de dag dat hij als soldaat getuige was van de bevrijding van concentratiekamp Dachau. Beide mannen komen vast te zitten op het eiland – door omstandigheden zijn geen boten beschikbaar voor een terugkeer naar de bewoonde wereld.
Het eiland heeft in beide films een dubbelrol: het is een toevluchtsoord, ver weg van de grote boze buitenwereld, en een plek waar het kwaad beheerst moet blijven. In Isle Of The Dead denken mensen een veilig heenkomen te hebben gevonden, ver van het oorlogsgeweld, om vervolgens geconfronteerd te worden met het gevaar van een besmettelijke dodelijke ziekte. Niemand mag van het eiland af voordat de ziekte letterlijk is overgewaaid. In Shutter Island (dat zich in 1954 afspeelt) zijn sommige patiënten gek geworden vanwege de dreiging van een atoomoorlog. Ze mogen pas van het eiland af wanneer hun gekte is genezen, al is de kans daarop gering. De artsen van de militair bewaakte psychiatrische inrichting discussiëren over de meest geschikte geneesmethode – is psychoanalyse en een juiste dosering van medicijnen afdoende of moet lobotomie worden toegepast?
Ook in Isle Of The Dead zijn de meningen verdeeld over de mogelijke aanpak van de ziekte. Zal de plaag geweerd worden met hulp van een rationele aanpak en wetenschappelijk inzicht of door vooral veel te bidden tot de Griekse goden? Bijgeloof heerst op het eiland, in de vorm van de Vorvolaka, een kwade geest die volgens de overlevering verderf zaait door bezit te nemen van het menselijke lichaam. De generaal laat zich meer en meer door dat bijgeloof meeslepen. Wanneer een te vroeg in een doodskist gelegde vrouw ontwaakt uit haar coma, denkt hij dat zijn overleden vrouw is teruggekeerd uit de dood en draait hij volledig door.
De overeenkomsten tussen Isle Of The Dead en Shutter Island zijn geen toeval. Regisseur Martin Scorsese is een liefhebber van producer Val Lewton (1904-1951) en diens gedistingeerde B-films voor R.K.O., de studio waar Howard Hughes (hoofdpersonage in Scorsese’s The Aviator) enkele jaren de scepter zwaaide. Scorsese citeert soms letterlijk uit Isle Of The Dead: beide hoofdrolspelers zijn getuige van een zelfmoord van een soldaat, bloed stroomt over de hals van een dode vrouw en waterdruppels vallen in close-up vanaf een plafond. Op beide eilanden zijn de interieurs van de woonverblijven gedecoreerd met antieke beelden.
Gedwongen door de strenge censor Joseph I. Breen was Val Lewton in zijn goedkoop gedraaide producties gedwongen de gruwelijkheden te suggereren. (*) In Lewtons psychologische griezelfilms zit de horror voornamelijk tussen de oren van de personages. Shutter Island is eveneens een afdaling in de verwarde geest van het hoofdpersonage, zij het dat Scorsese minder subtiel te werk gaat dan regisseur Mark Robson – de zelfmoord van een militair wordt in Isle Of The Dead gereduceerd tot het geluid van een pistoolschot, terwijl in Shutter Island de gevolgen van het schot in een flashback uitgebreid in beeld komen. (**)
De eerste helft van Shutter Island vind ik zeer imponerend. Vanaf de openingsscène, wanneer het schip van marshal Daniels het eiland nadert en uit de mist in beeld komt varen, is duidelijk dat het verhaal verteld wordt vanuit de mist van Daniels’ psyche. Dat vermoeden wordt bevestigd wanneer hij op het dek zijn collega-marshal Chuck aantreft en de twee mannen pas op dat moment voor het eerst kennis met elkaar maken. Waarom heeft die kennismaking niet al aan land plaatsgevonden? Heeft Daniels al die tijd misselijk in het vooronder gezeten? Martin Scorsese filmt de afgesloten wereld van Shutter Island constant vanuit het perspectief van de onbetrouwbare hoofdrolspeler en gunt ook een blik in zijn verontrustende angstdromen over Dachau en zijn overleden vrouwe (Michelle Williams).
Net als Daniels moet ik tijdens het kijken op mijn hoede blijven en constant eerder gemaakte conclusies bijstellen. Hoe meer de twee marshals de geheimen van het eiland proberen te ontrafelen, des te meer Shutter Island aanvoelt als een symbolische plek. Het eiland is zowel een verbeelding van een verwarde interne wereld als een metafoor voor de staat waarin de Verenigde Staten zich bevinden, als een eiland dat zich mentaal heeft geïsoleerd van de rest van de wereld. De Tweede Wereldoorlog in de nachtmerries van Daniels (***) staat voor elke oorlog, dus ook de oorlog van de Verenigde Staten in Irak. De gevangen patiënten op het eiland hebben net zo weinig bewegingsvrijheid als de gevangenen van Guantanamo Bay. Het bestuur van het gesticht laat zich leiden door paranoia. De leiding vertrouwt niemand en handhaaft de verscherpte regels met extra strenge militaire hand. Zelfs de marhals moeten bij aankomst direct hun wapens inleveren. De opstekende orkaan lijkt te verwijzen naar een ander recent trauma van de Verenigde Staten.
Tot aan de scène in de grot langs de woeste kust, is Shutter Island een meeslepende tocht door de waanwereld van Daniels. Vanaf de grot wordt de film ontsierd door lange dialogen waarin onder meer bijrolspelers Patricia Clarkson en Ted Levine (psychopaat Jame ‘Buffalo Bill’ Gumb in Silence Of The Lambs) de symboliek en de diepere gedachten achter de film te veel verklaren. De magie verdampt en door de uitgebreide uitleg wordt de afwikkeling van de plot een bespottelijke onderneming. In een poging Daniels’ handelingen geloofwaardig te maken, wordt het verhaal juist ongeloofwaardig. Al mijn kijkinspanning blijkt voor niets. Shutter Island is uiteindelijk als ervaring gelijk aan de beklimming van een vuurtoren, waarbij aan de top in plaats van een immens zoeklicht slechts een vlammetje blijkt te wakkeren.
Isle Of The Dead 8/10 | Shutter Island 7/10
(*) Martin Scorsese geeft in Shutter Island de naam Breen (maar dan gespeld als Breene) aan een van de psychiatrische patiënten en laat hem dingen zeggen die censor Breen nooit zou hebben toegestaan.
(**) Een andere film van producer Val Lewton die als inspiratie gediend zal hebben, is Bedlam (1946), over de vroege jaren van het gelijknamige gesticht in Londen, eveneens geregisseerd door Mark Robson en met Boris Karloff in de rol van directeur.
(***) Max von Sydow wijst in de rol van psychiater en bestuurslid op het verband tussen het woord trauma en het Duitse woord Traum.