Vier jaar na de spoorloze verdwijning van hun jonge dochter Lisa is het verdriet nog onverminderd groot bij het echtpaar Grace en Lucas. Terwijl ze zelf hun tranen voor elkaar verbergen, huilt het huis geluidloos. Vocht trekt scheuren in het plafond. Wanneer leed onbesproken blijft, valt de stilte extra luid in. Het is zo stil in de kleine middelste filmzaal van Rialto dat ik een paar stoelen verderop iemands darmen kan horen bewegen. De stilte is ongemakkelijk, zowel voor de personages op het doek als voor ons, de toeschouwers.
Unspoken is een subjectieve verbeelding van een trauma. We zien en horen de wereld door de ogen en oren van mensen voor wie de omgeving verworden is tot een waas. Achter de vele close-ups is de wereld vaak onscherp, als een bewegende mist waar personages met moeite doorheen waden. De hoofdpersonages verliezen hun grip op de dagelijkse werkelijkheid en zakken steeds dieper in hun eigen wereldje, totdat niemand hen meer kan bereiken. De stilte wordt schril onderbroken door een vallende kast, een vallende sleutelbos of door een ouderwets rinkelende telefoon. Een dokter probeert Lucas (Bruno Todeschini) telefonisch te bereiken om hem te informeren over de slechte gezondheid van zijn vader, maar Lucas is niet meer bij machte te luisteren. Nog vaker gaat de telefoon zonder dat de persoon aan de andere kant van de lijn zich kenbaar maakt. Zou Lisa na vier jaar eindelijk van zich laten horen, maar niet kunnen of durven praten?
Langzaam dringt regisseuse Fien Troch door tot het binnenste van beide hoofdpersonages. Muziek neemt de plaats in van de stilte. Grace (Emmanuelle Devos) hoort achter de muur van haar dochters kamer zachte, rustgevende akoestische instrumenten. Het lijkt alsof Lisa aanwezig is en haar favoriete cassette afspeelt. Bij de vader is de muziek hard en snijdend, wanneer hij langs straathoertjes rijdt en kil dreunend wanneer hij in een verlopen nachtclub een paaldanseres gadeslaat. Hij blijft hopen zijn dochter terug te vinden, als het niet buiten het schoolplein is, dan misschien in een bordeel. Hij probeert troost te vinden bij de jonge moeder op wiens dochtertje Grace soms past.
De wijze waarop in Unspoken een trauma wordt verbeeld, is vergelijkbaar met de aanpak in Kan Door Huid Heen (Esther Rots, 2009) en Three Monkeys (Nuri Bilge Ceylan, 2008). De films hebben zowel thematische als stilistische overeenkomsten. Water is een belangrijk visueel motief en wordt getoond als een plek waar een leven kan worden weggezogen naar een onpeilbare bodem. Marieke (Rifka Lodeizen) wordt in Kan Door Huid Heen aangevallen wanneer ze in bad ligt. In Three Monkeys worden de vader, moeder en overgebleven zoon elke dag, door het zicht vanuit hun huis op de haven, herinnerd aan het verdronken zoontje/broertje. Zijn spookbeeld doemt een paar keer uit de onscherpe achtergrond op, net zoals de passanten op de straat waar de moeder in Unspoken haar dochter hoopt te herkennen.
Soms zien we flarden uit de nachtmerries van Lucas, zoals het stil kabbelende water waar Lisa in gezonken kan zijn en het compleet verlaten restaurant waarin Lucas met een vol dienblad tevergeefs naar zijn dochter zoekt. Uiteindelijk kan ook het publiek in de filmzaal droom niet meer van werkelijkheid onderscheiden. Enkel in de droomwereld kunnen Grace en Lucas elkaar nog treffen. Fien Troch laat hen letterlijk in duisternis achter. Tot aan de eindtitels heb ik het verhaal geïntrigeerd, maar met afstand gevolgd. Pas vanaf de eindtitels merk ik dat de ondraaglijkheid van hun lot mij heeft geraakt.