Swans live @ Paradiso (26 september 2014)

Facebooktwitterpinterestlinkedin
Swans

Swans

Michael Gira en zijn Swans doen de laatste tijd bijna jaarlijks Nederland aan. Gisteren streek de Amerikaanse band neer in Paradiso. De huidige bezetting maakt op het recentste studioalbum To Be Kind een uiterst levenslustige indruk die deed uitkijken naar de verrichtingen op het podium. Tijdens hun optreden legden de imposante logge noiserockers meer nadruk op nieuwe, nog niet eerder uitgebrachte nummers.

Voorprogramma Pharmakon duurde opvallend kort en het bleef onduidelijk of dat ook de bedoeling was. Margaret Chardiet uit New York City stond uiterst rechts op het podium achter een tafeltje waar een keyboard en effecten zich verborgen hielden achter een hoop draden. Naast het tafeltje lag op een standaard een plak staal of in ieder geval een voorwerp dat als staal klonk op het moment dat Chardiet er fanatiek op mepte. De rake klappen werden door middel van elektronica omgezet in primitieve ritmepatronen die een gevecht aangingen met brom- en pieptonen. Chardiet vulde het oorverdovende lawaai aan door te schreeuwen in de contactmicrofoon die aan het zelfgemaakte percussie-instrument zat bevestigd. Daarna pakte ze een andere microfoon en stampte ze als een opgesloten dier heen en weer over het podium. Terwijl ze lastig te ontcijferen schreeuwtirades afstak keek ze ons van onder haar lange blonde haren heel boos aan. Ik meende haar onder meer te horen roepen dat ze zich niet op haar plek voelde in deze zaal. Ze benadrukte haar ongenoegen door even een middelvinger naar ons op te steken.

Na een minuut of twintig – meer zal het echt niet geweest zijn – kwam een van de geluidsmannen behoedzaam achter de rechterspeaker vandaan gekropen. Omdat verbale communicatie vanwege het industriële kabaal onmogelijk was probeerde hij door handgebaren iets duidelijk te maken aan de muzikant. Hij wees naar een kabel op de grond voor het tafeltje en kroop langzaam dichterbij. Ik dacht dat hij een technisch mankement wilde verhelpen, maar toen hij aan de kabel trok stopte het muzikale lawaai en was het optreden meteen voorbij. Pharmakon droop af richting coulissen.

De leden van Swans bouwden hun twee uur durende set op zoals sommige mensen een kikker koken – door de temperatuur ongemerkt zeer geleidelijk tot een kookpunt te brengen. Drummer Phil Puleo (ex-Cop Shoot Cop) en percussionist Thor Harris lieten tijdens de ouverture minstens een kwartier lang bekkens resoneren. Het ruisende geluid kwam als een branding tijdens vloed steeds dichter bij onze voeten. Het lange intro stelde het geduld van het publiek danig op de proef. De overige vier, in het zwart geklede muzikanten kwamen achter de zwarte gordijnen vandaan, zochten hun instrumenten op en haakten in op de vloedbeweging. Het duurde lang voordat voorman Michael Gira naar de microfoon stapte en het eerste echte, twee akkoorden tellende nummer inzette. Zo te horen gaat het nieuwe lied Frank M over een junkie en is het wellicht geïnspireerd door de verslaafde drummer Frankie Machine (Frank Sinatra) in The Man With The Golden Arm (Otto Preminger, 1955). Frankie Opium, Frankie Heroine, zong Gira op zijn vertrouwde bezwerende monotone manier.

Naarmate het optreden vorderde leek Christoph Hahn links op het podium steeds meer geneigd vanuit zithouding de standaard van zijn pedalsteelgitaar te beklimmen. Graatmagere gitarist Norman Westberg, met zijn grote grijze geitensik, speelde aan de rechterzijde schijnbaar onbewogen, onverschrokken met zijn kaken op kauwgum malend. De harige Thor, rechtstreeks neergedaald uit het Walhalla, stond zoals gebruikelijk al snel in ontbloot bovenlijf te zweten achter percussie, klokkenspel, vibrafoon, bekkens en iets dat op een zelfgebouwde viool leek. In een van de nummers haalde de multi-instrumentalist een trombone tevoorschijn, een thorbone die hij op percussieve manier in het totaalgeluid verwerkte. Zoals een goede percussionist betaamt zorgde de hardwerkende Thor ervoor dat zijn bijdragen altijd aanvullend en niet overheersend waren.

Michael Gira (met witte cowboyhoed) achter de merchandise

Michael Gira met cowboyhoed achter de merchandise

Zoals vaker speelde Swans veel nieuw werk waarvan één nummer op deze avond zijn podiumdebuut beleefde. Van het repertoire dat is te vinden op het meest recente album nam Just A Little Boy (For Chester Burnett) een centrale plek in, een nummer dat is opgedragen aan Howlin’ Wolf.  Een treffende associatie, want Swans is een moderne, luide en vertraagde variant op grotestadsblues. Dat Michael Gira ook een fan van country is bleek zowel uit de grote witte cowboyhoed die hij na afloop bij de merchandise in de foyer droeg als uit de plaat van Willie Nelson die op zijn verzoek de leemte opvulde tussen voor- en hoofdprogramma. Net als in rauwe stadsblues bestaan nummers van Swans uit slechts een paar akkoorden. Bassist Christopher Pravdica, de jongste van het gezelschap, had vaak aan drie noten genoeg.

Pravdica en Puleo bepaalden het tempo. Gira dirigeerde met los wapperende handen de breaks en belangrijke wendingen. Als hij gitaar speelde gaf hij regieaanwijzingen door grote sprongen te maken en met zijn hakken deuken te zetten in het houten podium. Hij maakte een minder uitgelaten en energieke indruk dan toen ik hem drie jaar geleden in de Melkweg zag spelen. Dat deed echter niets af aan de intensiteit van het optreden. De geluidsman zorgde dat het majestueuze massieve geluid geen last had van de eigenwijze akoestiek in Paradiso. Zelden klonk een zwaar volume zo helder in de voormalige kerk.

Space Siren

Space Siren

Omdat veel nummers nieuw waren, en het geheugen van de zestigjarige Gira met de jaren wat minder is geworden, had de zanger spiekbrieven op een muziekstandaard naast zich staan. Generatiegenoot Thurston Moore kon vorige maand in de OCCII ook niet zonder. Een andere overeenkomst tussen de Amsterdamse concerten van Swans en Moore was de aanwezigheid van Space Siren. In beide gevallen was de band door de programmeur als extra attractie aan de avond toegevoegd nadat ik de kaartjes al in huis had gehaald. Bij Moore speelde Space Siren als voorprogramma en in Paradiso gisteren als toetje na een smakelijk hoofdgerecht. De bandleden treuzelden niet, beklommen het podium voor de aangegeven aanvangstijd en kwamen direct ter zake met het beste openingsnummer van het jaar. Bands kunnen in de kleine bovenzaal van Paradiso heel luid klinken en ook wat dat betreft hield Space Siren zich niet in. De souplesse waarmee de volle gitaarakkoorden om elkaar heen kringelden en met elkaar botsten ging gelukkig niet verloren in het overweldigende volume.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *