Rock-‘n-roll in de bioscoop: Shine A Light & U2 3D

Facebooktwitterpinterestlinkedin
Shine A Light

Shine A Light

The Rolling Stones en U2 traden onlangs op in Amsterdam. Niet in een grote arena in de Bijlmer, maar op het grote bioscoopdoek van een multiplex.

Martin Scorsese pakt de registratie van het optreden van The Rolling Stones in Shine A Light niet veel anders aan dan het laatste optreden van The Band dertig jaar eerder in The Last Waltz (1978). Het decor is vergelijkbaar en de bedrijvigheid achter de schermen, inclusief zwoegende cameraploegen, is vrijwel identiek. Shine A Light klinkt wel anders dan The Last Waltz en dat ligt niet enkel aan de muziek. Je hoort wat je ziet. Prominent in beeld en op de geluidsband is Mick Jagger, de razende Roeland van de band. Zijn snelle voetenwerk en constant wiegende heupen eisen alle aandacht op en om die reden staat Jaggers schelle zang altijd vooraan in de eindmix.

De gitaarpartijen van Ron Wood en Keith Richards worden pas benadrukt wanneer zij in beeld lopen of wanneer de camera hen toevallig passeert. Een enkele maal wordt een roffel van drummer Charlie Watts in het geluidspalet uitgelicht. Vaak sneeuwt Watts drumwerk onder in het volle totaalgeluid: drie achtergrondvocalisten (waarbij Blondie Chaplin ook regelmatig een akoestische gitaar heeft omgehangen), een toetsenist en meerdere blazers. Scorsese kreeg pas tijdens de openingsmaten een setlist in handen en heeft de registratie van het concert in New York moeten regisseren als ware het een voetbalmatch, met Mick Jagger als spits, beide gitaristen links- en rechtsvoor en Watts op de doelstreep voor het veilige gevoel.

Elke keer als de bal in beeld is wil Scorsese de bal ook laten horen. Het gevolg van deze aanpak is dat het groepsgeluid regelmatig uit balans klinkt. Als de regisseur naast de bal filmt, horen we ook het geluid naast de bal met nadruk hard over de speakers schallen. Bij een soundtrack van een speelfilm is dat effect niet erg, maar het werkt minder op de geluidsband van een concertopname.

U2 3D

U2 3D

Het was een beetje onverstandig van me om het platte Shine A Light te bekijken na het 3D-spektakel van U2. De concertfilm U2 3D is, zoals de titel aangeeft, driedimensionaal en dankzij deze gimmick lijkt alsof de geest van de bioscoopbezoeker door het stadion in Buenos Aires zweeft. En wat voor een stadion. Het binnenste van het moederschip in de tweede versie (Special Edition) van Close Encounters Of The Third Kind valt er bij in het niet. Van bodem tot plafond krioelt het stadion van menselijke activiteit. Het lijkt wel alsof heel Argentinië aanwezig is bij het optreden.

De 3D-ervaring werkt het best als de muzikanten gebruik maken van de grote afstanden en het podium verlaten voor een wandeling door het publiek. De camera blijft laag en toont de diepte in meerdere lagen: omhoog gestoken armen (inclusief mobieltjes) op de voorgrond, bassist Adam Clayton op de voorste catwalk, dan de tweede rij publiek, zanger Bono op de achterliggende catwalk, achter hem een volgende rij publiek en op de achtergrond de immense videomuur. De tussen de mensen door drijvende rookflarden zweven de bioscoopzaal in.

Bij U2’s bombast is eigenlijk geen ruimte voor een intiem moment. Toch wordt, zij het slechts heel even, de arena een huiskamer. Dat gebeurt tijdens Sunday Bloody Sunday, als de camera dichtbij Bono stil blijft staan en de zanger ons recht aankijkt. Net als in Shine A Light isoleert de geluidsman de zichtbare geluidsbron. De galm uit Bono’s stem verdwijnt enkele seconden en de zanger klinkt net zo dichtbij als dat wij hem zien. Wipe your tears away, zingt hij en met zijn vrije hand probeert hij onze gezichten aan te raken. We kunnen diep in het gat van zijn mouw kijken. Zo dichtbij zal de zanger in het verdere verloop van U2 3D niet meer komen en daarom zindert genoemde scène zo lang na.

De nabijheid van Bono is een zuiver Patrick Bateman-moment en de lezers van Brett Easton Ellis’ beruchte roman American Psycho (1991) weten dan dat ik daarmee het moment bedoel waarop de psychopathische yup Patrick Bateman een spirituele ervaring beleeft wanneer hij tijdens een concert van U2 oog in oog komt te staan met de zanger. Als gevolg van de derde dimensie en een eenvoudig trucje in de geluidsmix zijn we in U2 3D kortstondig allemaal Patrick Bateman.