Mr. Horror’s Halloween Horror Show is een nachtelijke horrormarathon die op zaterdag 28 oktober tientallen bioscopen in Nederland zal veranderen in een spookhuis. Veel horrorfanaten kijken vooral uit naar de première van Jigsaw. Met de gebroeders Spierig (Daybreakers, Predestination) achter de camera zou dat eindelijk een interessante toevoeging kunnen zijn aan de langlopende filmreeks Saw. Of wordt The Autopsy Of Jane Doe het hoogtepunt van de filmnacht? Hieronder is te lezen wat je zoal te wachten staat.
The Autopsy Of Jane Doe
De beste van de vier films op Mr. Horror’s Halloween Horror Show is waarschijnlijk The Autopsy Of Jane Doe (André Øvredal, 2016). André Øvredals vorige film Troll Hunter was in 2011 een aangename genreverrassing in de Nederlandse bioscopen, dus de verwachtingen voor zijn eerste Amerikaanse speelfilm waren hoog. De regisseur blijkt ook binnen een afgesloten locatie goed uit de voeten te kunnen. Vanaf het moment dat het levenloze lichaam van een onbekende vrouw (Olwen Catherine Kelly) wordt binnengereden in Tilden Morgue & Crematorium komen we de werkplaats van lijkschouwer Tommy Tilden (Brian Cox) en zijn zoon Austin (Emile Hirsch) niet meer uit. Het is net na sluitingstijd en vader en zoon hebben al een zware werkdag achter de rug. Tijdens hun onderzoek naar de doodsoorzaak van Jane Doe openen ze een doos van Pandora die beter gesloten had kunnen blijven.
De autopsie in The Autopsy Of Jane Doe laat weinig aan de verbeelding over. De film heeft echter veel meer te bieden dan de inhoud van een opengesneden lichaam. De spanning wordt zorgvuldig opgebouwd, onder meer door de aanwezigheid van een radio in de autopsieruimte waarop een onverwachte storm wordt aangekondigd en onheilspellende liedjes worden gedraaid. Øvredals schuwt luide muziek niet om zijn kijkers te laten schrikken, maar hij weet ook dat een zacht rinkelend belletje voldoende is voor het creëren van ongemak in de filmzaal. Brian Cox en Emile Hirsch krijgen voldoende achtergrond mee om hun personages inhoud te geven. De bizarre autopsie op het mysterieuze lichaam brengt bij Tommy onverwerkte rouw en schuldgevoelens naar boven over de zelfgekozen dood van zijn echtgenote. Dat onderliggende menselijke drama, aangevuld met relativerende humor, geeft de aaneenschakeling van bloedige absurditeiten precies de juiste dosis diepgang.
It Stains The Sands Red
Zombiefilm It Stains The Sands Red (Colin Minihan, 2016) is helaas slechts voor de helft geslaagd. Stripper Molly (Brittany Allen, ook te zien in Jigsaw) probeert met haar vriendje per auto een zombie-epidemie in Las Vegas te ontvluchten. Onderweg naar een klein vliegveld stranden ze in de woestijn. Molly moet in haar eentje te voet verder, op de hielen gezeten door zombie Smalls (Juan Riedinger). Het sensationele openingsshot, gefilmd boven brandend Vegas, staat in groot contrast met de minimalistische invulling van de rest van de film. Molly en haar levende dode stalker zijn lange tijd de enige twee personages in het verdorde landschap. De vrouw denkt dat ze het vliegveld lopend op haar hoge hakken kan bereiken dankzij voldoende water en een voorraadje cocaïne. Smalls strompelt achter haar aan en doet dat langzaam genoeg om op veilige afstand te blijven.
De relatie tussen Molly en haar hongerige achtervolger maakt van It Stains The Sands Red heel even een horrorkomedie over vrouwen en hun relatie met carrièremannen die zich als roofdier gedragen, wat heel actueel is gezien de affaire Weinstein. De film stelt de vraag of dit soort roofdieren nog te temmen zijn. Molly gebruikt haar vrouwelijkheid als wapen met op zijn minst één onsmakelijke grap als doeltreffend resultaat. Na een zandstorm is het beste deel van de film voorbij. Een nare verkrachtingsscène laat er geen twijfel over bestaan dat It Stains The Sands Red niet langer meer een horrorkomedie is. Het script neemt een moralistische houding ten opzichte van Molly; het hoofdpersonage wordt gestraft omdat ze een slechte moeder is geweest. Ze moet het gevecht met andere zombies aangaan om te bewijzen dat ze wel degelijk geeft om het kind dat ze ooit aan pleegouders heeft afgestaan.
De tweede helft van It Stains The Sands Red biedt niets dat al eerder en beter is uitgewerkt in de overdosis aan zombiefilms die de laatste jaren over ons zijn uitgestort. De kwaliteit van het acteerwerk van de bijrolspelers laat te wensen over. Brittany Allen ontmoet naast zombies nogal wat mannelijke tegenspelers die duidelijk moeite hebben om zich in hun korte rol in te leven en dat euvel compenseren door flink te schmieren.
Als ik me niet vergis loopt Molly op een gegeven moment in een buitenwijk door de straat waar FBI-agent Dale Cooper/Dougie Jones in Twin Peaks: The Return een tijdje achter een rode deur heeft gewoond met zijn vrouw Janey-E. Het feit dat ik naar een rode deur zat te speuren zegt genoeg over mijn afgenomen interesse in het lot van Molly.
Don’t Hang Up
De internetthriller Don’t Hang Up (Damien Macé & Alexis Wajsbrot, 2016) is de minst geslaagde film van de vier die tijdens Mr. Horror’s Halloween Horror Show draaien. Vriende Sam (Gregg Sulkin) en Grady (Garrett Clayton) pesten via de telefoon willekeurige vreemdelingen en leggen hun kwajongensstreken vast op filmpjes die ze verspreiden via vlogs. Ze gaan daarbij heel ver en tonen geen enkel medeleven met hun slachtoffers. Nog voordat de openingstitels zijn gepasseerd heeft ieder weldenkend mens al een bloedhekel aan deze zelfgenoegzame jongens. Gelukkig worden ze flink gestraft als op een avond de rollen worden omgedraaid en ze zelf het slachtoffer zijn van een ongewenste beller.
Net als in The Autopsy Of Jane Doe en het meest geslaagde deel van It Stains The Sands Red speelt Don’t Hang Up zich voornamelijk af op één locatie, in dit geval in en om het huis van Sam. De claustrofobische sfeer werkt in het voordeel van de film. Het camerawerk van Nat Hill is heel beweeglijk en verraadt zijn achtergrond als filmer van videoclips en muziekprogramma’s. Dankzij digitale trucages maakt de camera wendingen door de woning die in werkelijkheid onmogelijk zijn. Te zien is hoe de lens in een vloeiende beweging met groot gemak door meerdere sleutelgaten zweeft. Het is een trucje dat regisseur David Fincher al in 2002 heeft geperfectioneerd in Panic Room.
Don’t Hang Up heeft geen verrassingen in petto. De makers jatten vrijelijk uit onder meer When A Stranger Calls (1979), Scream (1996) en Saw (2004). Nog erger dan de schreeuwende en hyperventilerende hoofdpersonages zijn de muziek en de geluidseffecten. De film probeert de kijkers aan het schrikken te krijgen met de soundtrack op 11. Elk schrikmoment gaat gepaard met een beukend orkest en zelfs een lamp die aan of uit gaat wordt geaccentueerd met een paukenslag. Dat gaat heel snel irriteren. De manier waarop de jongens met hun belager in aanraking komen roept veel vragen op, want hoe is het mogelijk dat zij hem tijdens hun plaagsessie toevallig bellen terwijl hij zijn wraak op hen aan het voorbereiden is? De anonieme man heeft onmenselijk veel verstand van techniek en bedient elektrische apparatuur met telekinetische precisie. Misschien is het de bedoeling dat de belager meer een duivelse verschijning is dan een personage van vlees en bloed.
The Autopsy Of Jane Doe 8/10 | It Stains The Sands Red 5/10 | Don’t Hang Up 3/10
Meer informatie over Mr. Horror’s Halloween Horror Show vind je op de speciale website.
Dank voor de tip! Gisteravond naar The Autopsy van Jane Doe geweest en die viel zeker niet tegen. Het einde was wat minder en enige logica is uiteraard ver te zoeken, maar prima sfeer en eh… ‘aankleding’ (al past de term ‘uitkleding’ wellicht beter bij het afpellen van een lijk…)