De documentaire Leviathan begint met veel kabaal. Voordat eindelijk vaag is te zien waar we ons bevinden, overheersen het ratelen van kabels, het brommen van een dieselmotor, onverstaanbaar geschreeuw van mannenstemmen en het constante geraas van beukende zeegolven. De beelden hebben in deze fase dezelfde abstractie als een experimentele film van Stan Brakhage. Even dacht ik dat ik door de koortsachtige cameravoering Leviathan hooguit een kwartier zou volhouden, maar de film wisselt goddank regelmatig van perspectief. Eerst kijken we vanuit de ogen van een ijverige visser, later onder meer vanuit de dode ogen van een afgehakte vissenkop en vanaf de positie van een afgedankt vissenkarkas dat wordt belaagd door hongerige meeuwen. Zelden was een vissenooglens zo goed op zijn plaats.
Leviathan bevindt zich in de buik van Het Beest, een zeemonster in de vorm van een vissersboot uit New Bedford die al het leven van de zeebodem opslokt en op het dek uitbraakt. Het werkproces gaat wekenlang dag en nacht door. Grote zwermen meeuwen hangen gedurende de hele reis als aasgieren boven het schip, aangetrokken door het bloed dat uit de spuigaten vloeit. De film geeft de onaangename sensatie van een verblijf in een monstermaag waar de vertering in volle gang is. De imponerende fysieke ervaring is alleen geschikt voor publiek met zeebenen. Voor een weloverwogen betoog over de voors en tegens van overbevissing moet je ergens anders zijn.
8/10