Michel (Jean-Pierre Darroussin) en Marie-Claire (Ariane Ascaride) zijn meer dan nobel. Ze zijn welhaast heilig. Het scheelt weinig of het echtpaar wandelt over het water in de haven van hun woonplaats Marseille. Hun vergevingsgezindheid kent geen grenzen. Na een gewapende roofoverval in hun huis zit de pas ontslagen vakbondsman Michel de rest van de film met een blauwe zwachtel om zijn linkerarm, is de bankrekening geplunderd, zijn de vakantietickets gestolen, inclusief het geld dat ze kregen op hun pas gevierde huwelijksjubileum, en heeft de zus van Marie-Claire een zenuwinzinking. Waar een gemiddeld mens gerechtigheid zoekt, heeft het duo last van medelijden met de dader, want misschien was de roof te rechtvaardigen gezien de economische omstandigheden. Ze krijgen spijt van hun aangifte bij de politie, omdat ze die niet meer kunnen terugtrekken en de kans groot is dat de overvaller veroordeeld gaat worden tot 15 jaar cel.
De wereld van regisseur Robert Guédiguian is simplistisch zwart-wit. Tegenover de immense goedheid van Michel en Marie-Claire staat onbuigzame kwaadwillendheid. De jonge overvaller toont geen berouw. Marie-Claire wordt uitgekafferd door zijn egoïstische moeder en stelselmatig gewantrouwd door de dochter van de bejaarde vrouw bij wie ze tegen betaling zorgt voor het huishouden. Als het duo aangifte komt doen, verdenkt de rechercheur de twee direct van fraude. De personages zijn nog net geen karikaturen.
In Guédiguians onwerkelijke wereld staan flat- en huisdeuren constant open en kan iedereen zomaar het huis van een vreemde binnendringen. Dat ongevraagde bezoek wordt min of meer geaccepteerd. Niet één keer, maar meerdere keren. En in Marseille is het blijkbaar gebruikelijk een slachtoffer in zijn eentje bij de dader in de verhoorruimte te zetten. De rechercheur geeft Michel zelfs een knuppel mee en het advies er op los te rammen als daar behoefte aan is. Deze geforceerde ontmoeting geeft het verhaal definitief een ongewenste richting.
Tot en met de overval geloofde ik nog wel in deze film. De loting als ontslagprocedure in de eerste scène doet in eerste instantie een verhaal vermoeden over hoe het lot het leven kan beïnvloeden en in hoeverre je dat toelaat. Niet het lot staat centraal in Les Neiges Du Kilimandjaro maar solidariteit. Helaas is het een solidariteit die je alleen tegenkomt in sprookjesboeken. Dit sociaal drama introduceert zelfs een heuse toverdrank: Metaxa, een merk brandy vernoemd naar een Griekse dictator. Solidariteit is een mooi streven, maar Michel en Marie-Claire slaan volledig door. Is het niet handiger solidair te zijn met mensen die daar recht op hebben?
5/10