Leaning Into The Wind (Thomas Riedelsheimer, 2017)

Facebooktwitterpinterestlinkedin

Zestien jaar na de succesvolle documentaire Rivers and Tides bracht de Duitse regisseur Thomas Riedelsheimer vorig jaar zijn tweede film uit over het werkproces van de Britse landschapskunstenaar Andy Goldsworthy. Leaning Into The Wind volgt de kunstenaar tijdens reizen en projecten in de periode 2013-2016 en laat zien hoe gepassioneerd hij de strijd aangaat tegen de elementen en de vergankelijkheid.

Andy Goldsworthy (Cheshire, 1956) is geobsedeerd door de constant veranderende natuur. Het landschap is zijn atelier. Goldsworthy’s kunstwerken zijn overgeleverd aan de elementen en het verstrijken van tijd. Sommige objecten zullen na zijn dood blijven bestaan, zoals de omgevallen immense iep langs een stroompje nabij zijn woonplaats in Schotland. Andere kunstwerken zijn binnen enkele minuten of zelfs binnen enkele seconden verdwenen nadat hij ze heeft gemaakt. Een patroon van gele bladeren wordt al door de wind weggeblazen terwijl Goldsworthy nog druk bezig is met het aanbrengen ervan. Meerdere keren in Leaning Into The Wind gaat hij snel op de grond liggen wanneer het begint te regenen en laat hij een afdruk van zijn lichaam achter dat binnen de kortste keren door regendruppels wordt weggespoeld.

Leaning Into The Wind is geen biografische film. De kunstenaar spreekt slechts sporadisch over zijn persoonlijke leven. Zijn studietijd in Preston komt ter sprake bij een bezoek aan Lancashire waar hij als student inspiratie haalde uit het kustlandschap. De familie komt even in beeld als een herinnering op 8mm-film, opgenomen toen hij nog getrouwd was met zijn eerste vrouw Judith Gregson, die in december 2008 omkwam bij een auto-ongeluk. Dochter Holly is haar vader in zijn voetsporen gevolgd. Ze heeft de Glasgow School of Art afgerond en assisteert Goldsworthy regelmatig. Meer dan in de vorige documentaire Rivers and Tides laat Leaning Into The Wind zien dat het werk van de landschapskunstenaar vaak gemaakt wordt in collectief verband.

Goldsworthy’s interesse in de vergankelijkheid van de dingen om ons heen en de milde droefheid die daarbij hoort heeft wel iets weg van het Japanse mono no aware. Naast het vervaardigen van objecten uit steen, hout of sneeuw bestaat zijn werk ook uit performances waarbij de kunstenaar een fysieke confrontatie met de natuur aangaat. De documentaire is vernoemd naar een performance tijdens een hevige storm aan de rand van een hoge heuvel in zijn woonplaats Dumfriesshire. Goldsworthy probeert tegen de harde wind te leunen en wordt daarbij een paar keer omvergeblazen. Tijdens de performance Hedge crawl, dawn, frost, cold hands kruipt Goldsworthy door dikke takken van een heg langs een weg in Sinderby, North Yorkshire. Onderweg kneust hij een rib en raakt hij onderkoeld. Je moet er wat voor hebben om een weg te kiezen buiten de gebaande paden om.

Bij een film over een tegendraadse kunstenaar hoort muziek van een tegendraadse componist. Thomas Riedelsheimer vroeg opnieuw avant-gardist Fred Frith voor de soundtrack. Net als het werk van Andy Goldsworthy is de muziek van Frith avontuurlijk en dwars en toch heel toegankelijk.

7/10

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *