Beowulf (Robert Zemeckis, 2007)

Facebooktwitterpinterestlinkedin

beowulf

Beowulf is oorspronkelijk gemaakt om driedimensionaal te ondergaan in de IMAX-bioscoop, en dat zullen we weten ook, zelfs wanneer de film in slechts twee dimensies wordt geprojecteerd.

Het 3183 regels tellende, klassieke Britse heldengedicht uit de vroege middeleeuwen, over Beowulf en zijn gevechten tegen het monster Grendel, een draak en vooral tegen zichzelf, is in de meest pure zin geen animatiefilm, omdat de bewegingen van de personages zijn opgenomen met gebruikmaking van motion capture. Bekende acteurs als Anthony Hopkins, John Malkovich en Angelina Jolie leenden hun lichamen tijdelijk uit en zagen zich later in digitale vorm terug als koning, nederige onderdaan of als een constant transformerende watergodin. De pixelversie van titelrolvertolker Ray Winstone lijkt verdacht veel op een overdreven gespierde jonge Nick Nolte. Het monster Grendel (Crispin Glover) is een uitvergrote en smeltende versie van Gollum uit The Lord Of The Rings met de spierkracht van de Hulk en het accent van Manuel uit Fawlty Towers.

De door computers gegenereerde wereld van Beowulf oogt als het kitscherige decor van een computerspel. Voor het uitbuiten van het driedimensionale effect is de camera constant in beweging, zelfs als koning Hrothgar (Hopkins) en zijn veel te jonge echtgenote koningin Wealtheow (Robin Wright Penn) rustig naast elkaar op hun houten tronen zitten. Het beeld draait ongedurig rondom de personages heen, zowel op ooghoogte, maar toch vooral van beneden naar boven zwevend of vice versa. De camera zoekt de meest extreem mogelijke posities op en vliegt voor een totaalshot tot in de nok van het dak, zodat stukbalken voorbij kunnen suizen en ratten uit onverwachte hoeken kunnen opspringen. Of de camera start bij een extreme close-up, bijvoorbeeld vanuit het strottenhoofd van een gillende keukenmeid.

Alsof dat allemaal niet irritant en vermoeiend genoeg is, bevindt zich in de meeste scenes vrijwel constant een persoon of object nadrukkelijk op de voorgrond. Om de paar minuten vliegen voorwerpen op de toeschouwer af – muntstukken, houtsplinters, messen, bijlen, slijmdraden, rode slingers, lichamen, eettafels, kronen, schoonmaakwater en, tijdens het spectaculaire slotgevecht, de kop van een draak. Het klassieke gedicht verwordt zo tot een uitvergroot slapsticktafereel, zonder dat er ook maar een seconde te lachen valt. De dieptewerking wordt zo overdreven in de strijd gegooid dat je die IMAX en dat speciale brilletje niet eens nodig hebt voor het ervaren van de derde filmdimensie.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *