Gnod live @ OCCII, Amsterdam (18 mei 2015)

Facebooktwitterpinterestlinkedin
Gnod

Gnod

De Britse band Gnod speelde afgelopen maandag een compromisloos harde set in OCCII. De vier muzikanten vermengden op forse wijze uptempo psychedelische krautrock met noise. Onze trommelvliezen trokken aan het kortste eind, maar die offerden we gewillig op. Het enige nadeel van het optreden was dat er helaas een mislukt voorprogramma aan voorafging in de vorm van de band Paco’s Bitter Tooth.

Paco’s Bitter Tooth is een trio zonder website, zonder visie, zonder ambitie en zonder muzikaal gevoel. De gitarist had een halve maan aan effectpedalen voor zijn voeten liggen, maar kon daarmee niet verdoezelen dat hij zijn instrument nauwelijks machtig was. Je zag hem heel diep nadenken over de vingerzettingen bij elk akkoord dat hij aan wilde slaan. Al dat denkwerk leverde geen opzienbarende ingevingen op. Obligate rockschema’s blijven obligate rockschema’s, met of zonder oversturing en vervorming. Naast de rechterspeaker leunde de bassist vermoeid met zijn rug tegen de muur, verveeld toekijkend hoe gitaar en drums nauwelijks een eenheid vormden. Hij had geen zin, of was niet bij machte, om het bandgeluid hechter te maken. In plaats daarvan draaide hij aan een stemschroef en bromde hij vervolgens nog valser dan tijdens de te luide soundcheck.

De drummer leek zich van geen bassist bewust. Hij trommelde en roffelde spanningsloos in zijn eigen kleine universum. Zonder emotie, passie of achterliggende strategie mepte hij elke tweede en vierde tel heel hard op de snaredrum. Als hij uit het niets begon te vertragen was dat voor de bassist een teken om wakker te worden en voor de gitarist een indicatie dat het nummer waarschijnlijk het einde naderde. De gitarist krijste ter afwisseling een paar keer heel hard door de microfoon. Tijdens een kort intermezzo zong hij een vals Iers dranklied om aan te geven in welke geestelijke toestand hij zich bevond. Paco’s Bitter Tooth was vergeten dat de OCCII een podium is en geen openbare repetitieruimte.

Gnod logo

De eerste maten van Gnod verdrongen direct alle nare herinneringen aan het abominabele voorprogramma. De band uit Salford, Greater Manchester treedt op in wisselende bezettingen en bestond maandag uit vier muzikanten. Paddy Shine was de sturende factor. De gitarist nam in elk van de nummers de vocalen voor zijn rekening zodat het optreden meer verwant was met het repertoire op de compilatie-cd Chaudelande (2013), die ik aan het eind van de avond kocht, dan de lange instrumentale tracks op het zes elpeekanten tellende recente album Infinity Machines (2015). Shine droeg een T-shirt van Swans en de band probeerde het volume van een gemiddeld Swans-concert te evenaren. De intense psychedelische noise oversteeg de 100 decibel ruim.

Gnod maakte niet alleen indruk vanwege het hoge volume. De bevlogen ogende band liet horen dat je aan twee of desnoods één akkoord meer dan genoeg hebt om een nummer spannend te houden, zolang alle muzikanten maar vertrouwen op de strakheid van de drumpartijen. De eenvoudige riffs en baspatronen werden dankzij de drummer op gestroomlijnde wijze minuten lang herhaald. In een van de nummers zorgden Chris Haslam en Marlene Ribeiro voor een nog lager daverende basis door allebei de basgitaar ter hand te nemen. Paddy Shine liet feedback meezingen via een tweede gitaar, voegde in een van de nummers saxofoonnoten toe en liet in het afsluitende nummer vanuit elektronische apparatuur een Gregoriaans koor meezingen.

De afwisseling binnen de nummers bestond niet uit het wijzigen van de paar gespeelde noten, maar door om de zoveel maten het effect te veranderen waarmee de noten werden vervormd. De golfbeweging die dat teweegbracht, zorgde vanzelf voor een aangenaam trance-effect. De band kreeg het publiek niet extatisch aan het dansen, maar leek tevreden met het instemmende ritmische geknik van blij kijkende hoofden.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *