Upstream Color (Shane Carruth, 2013)

Facebooktwitterpinterestlinkedin

upstream

Het is lastig vat te krijgen op de films van Shane Carruth. Zelfs een tweede kijkbeurt geeft geen garantie op een volledige verklaring voor de getoonde handelingen en gebeurtenissen. Ze lijken net zo ondoorgrondelijk als de spelregels bij cricket. In zijn debuutfilm Primer (2004) ontwerpen jonge ondernemers thuis in de garage een eenvoudig ogend apparaat zonder de kijker in te lichten over wat ze nu precies aan het doen zijn en met welk doel. Door geconcentreerd te kijken wordt gaandeweg duidelijk dat ze een machine bouwen waarmee ze een kleine stap terug in de tijd kunnen zetten. Ze weten precies hoe ze de machine in hun voordeel kunnen gebruiken, maar de kijkers blijven in het ongewisse over hun werkmethode. Tekst en uitleg blijven uit, ook over de manier waarop ze de paradoxen van tijdreizen proberen te vermijden. En dat allemaal onder de kille groene gloed van neonlicht.

We hebben negen jaar moeten wachten op de tweede speelfilm van Carruth. Upstream Color is net als Primer met beperkte middelen geproduceerd. Shane Carruth staat op de credits vermeld als regisseur, schrijver, editor, cameraman, producer, componist en als een van de hoofdrolspelers. Het duurt even voordat hij prominent in beeld komt. Upstream Color begint net als bij Primer met het tonen van een procedure zonder te vertellen wat de procedure precies inhoudt. Ditmaal wordt niet de tijd gemanipuleerd, maar het menselijk gedrag en ook in deze film doen de verantwoordelijke mensen dat puur voor eigen gewin. Er is nog een opvallend verschil: de nieuwe film gaat hoofdzakelijk over mensen die tegen hun wil onderdeel zijn van een productieproces. Dat maakt de film toegankelijker dan het debuut, want het is makkelijker ons te identificeren met slachtoffers dan met anonieme mannen in kantoortenue.

Als Kris (Amy Seimetz) ontwaakt uit een langdurige onvrijwillige hypnose, is ze gedwongen haar hele leven opnieuw in te richten. De vrouw heeft geen idee waarom ze haar geld kwijt is geraakt en waar de verwondingen vandaan komen die ze aantreft op verschillende plekken op haar lichaam. Haar desoriëntatie gaat gepaard met een desoriënterende montage. Upstream Color haalt rigoureus happen uit de tijd. De connectie tussen scènes wordt in veel gevallen onderbroken, alsof een censuurambtenaar iets te enthousiast de schaar ter hand heeft genomen. Alles houdt met elkaar verband, maar net als Kris heeft de kijker een aanhoudend gevoel van disconnectie. Omdat informatie verbrokkeld tot ons komt, is het onduidelijk hoe Kris in contact is gekomen met Jeff (Carruth). Ze treffen elkaar een paar keer in de metro. Maakt hij deel uit van het complot of is hij net als Kris een slachtoffer? Het duurt even voordat we zeker weten wat zijn rol is. Hun zoektocht naar de waarheid wordt parallel gemonteerd aan de dagelijkse activiteiten van varkenshoeder The Sampler (Andrew Sensenig) die in zijn vrije tijd geluiden opneemt en in muziek omzet.

Ik zal niet verder ingaan op het complot waar Kris en Jeff onvrijwillig bij betrokken zijn. Hoe meer het mysterie wordt ontrafeld, hoe meer Upstream Color aan kracht verliest. De mensen achter het complot zorgen wel onbewust voor een opbloeiende liefde tussen de hoofdpersonages. Er wordt misbruik van ze gemaakt, maar dat stelt ze tegelijkertijd in de gelegenheid om een staat van verlichting te bereiken. Ze worden gedwongen zichzelf te herontdekken. De film laat buiten beschouwing of het de bedoeling is dat ze een utopie bereiken, zoals beschreven in het veelvuldig geciteerde boek Walden van Henry David Thoreau uit 1854. Shane Carruth is wat dat betreft minder zweverig dan Terrence Malick met wie hij regelmatig vergeleken wordt. Bij Carruth zijn de personages niet op zoek naar het verloren paradijs, maar naar een manier om een ongewenste cyclus te doorbreken.

9/10