Kid-Thing (David Zellner, 2012)

Facebooktwitterpinterestlinkedin

kid-thing

De Amerikaanse, onafhankelijk geproduceerde, kleine speelfilm Kid-Thing had afgelopen zondag de Oostenrijkse première in Stadtkino Wien, tijdens de filmweek Real America: Neuer Realismus Im US-Kino in het kader van 50 jaar Viennale. Hooguit tien mensen waren op de eenmalige voorstelling afgekomen. Kid-Thing heeft alle kenmerken van een kinderfilm, maar is ongeschikt voor die doelgroep. Volwassenen zullen moeite hebben met de overdreven manier van acteren die bij het genre hoort.

Het meest buitensporig is het spel van Nathan Zellner, de broer van regisseur David Zellner, in de rol van de simpele Marvin. Bij het leeg knijpen van geitenuiers kijkt de man alsof hij een complexe wiskundige formule aan het ontrafelen is. Hij is er nog net niet bij aan het kwijlen. Zuipschuit Marvin is het cliché van de achterlijke redneck, een typisch verschijnsel in naamloze Texaanse gehuchten. Hij vergooit zijn geld aan bier en waardeloze krasloten en is meer dronken aan het ravotten met zijn maatje Caleb (een korte rol voor de regisseur zelf) dan bezig met het opvoeden van zijn dochtertje. Het enige educatieve moment dat hij haar biedt, is een korte les in het hypnotiseren van een kip. Het eenvoudige trucje heeft hij vast afgekeken van YouTube.

Bij gebrek aan opvoeding en toezicht moet de tienjarige Annie (Sydney Aguirre) zichzelf zien te redden. De langharige tomboy is een nukkige einzelgänger op oorlogspad. Ze reageert zich af door alles wat binnen haar bereik komt aan te vallen: voorbij rijdende auto’s, leeftijdgenootjes op de speelplaats, een weggegooide toiletpot. Ook een dode koe moet er aan geloven. Annie heeft de destructieve impulsen geërfd van haar vader, een liefhebber van de demolition derby. Niet voor niets richt de film in de proloog de camera uitgebreid op deze luidruchtige autosport. De doelloze blikschade zet de toon voor de rest van de film.

Annie’s gebrek aan empathie blijkt als ze een wanhopige vrouwenstem (Susan Tyrrell), katalysator van de plot, vanuit een put hoort roepen en het vertikt om hulp te bieden. Het meisje laat zich onder geen enkele omstandigheid zomaar commanderen. Ze denkt bovendien dat de vrouw de duivel zelve is. Een eerste glimp van Annie’s levendige fantasie is aan het begin van Kid-Thing te zien, wanneer ze bladert door de felgekleurde, gewelddadige taferelen in haar tekenboek. In hoeverre de stem uit de put een imaginaire duivel is in plaats van een imaginaire vriend, laat de film in het midden. Als we het verhaal door Annie’s ogen zien, verklaart de eenvoudige tekenstijl wellicht de keuze voor karikaturale personages, maar die gedachte doet de waardering voor de acteerstijl niet automatisch toenemen.

5/10