In The Electric Mist (Bertrand Tavernier, 2009)

Facebooktwitterpinterestlinkedin

In The Electric Mist

Er is weinig inbeeldingsvermogen nodig om In The Electric Mist te beschouwen als een road movie, met dien verstande dat de gepensioneerde, maar nog steeds volop actieve detective Dave Robicheaux (Tommy Lee Jones) slechts rondjes rijdt in zijn eigen bayoudorp in Louisiana. Ik werd een beetje draaierig van die rondjes en tureluurs van de tientallen bezoekjes aan en babbeltjes met kleurrijke bijrolspelers aan de rand van het moeras. Robicheaux is op zoek naar een seriemoordenaar die het heeft gemunt op prostituees. Dat de uitkomst van zijn onderzoek en het motief van de moordenaar me gestolen konden worden, stond al snel vast en dus beperkte ik me voornamelijk tot het herkennen van bekende koppen tussen de vele bijrollen en cameo’s: regisseur John Sayles heeft een rolletje van iets meer dan dertig seconden als de producer op de set van een film over soldaten uit de Amerikaanse burgeroorlog; John Goodman speelt voor de verandering zonder enige comic relief een maffiabaas; corpulente Pruitt Taylor Vince (pas heel laat in het verhaal ingezet als een trouwe collega van Robicheaux) heeft nog steeds last van wiebelende oogjes; Ned Beatty heeft sinds Deliverance (John Boorman, 1972) het Amerikaanse achterland niet meer verlaten; bluesman Buddy Guy kan beter musiceren dan acteren. Het meeste medelijden had ik met actrice Kelly Macdonald en haar wel heel erg sneue korte rol.

Franse regisseur Bertrand Tavernier heeft een moeilijke draaitijd gehad in de Verenigde Staten, maar het moet toch al in de scenariofase duidelijk zijn geweest dat hij te veel zijpaden nodig heeft om alle verhaallijnen evenredig af te kunnen wikkelen. De twee uren aan film voelen lang aan, omdat de scènes voornamelijk bestaan uit uitleggerige dialogen met telkens weer een nieuw personage. Als er eenmaal, voor heel even, eindelijk vaart in het verhaal komt, is de actie dusdanig onduidelijk dat dialoog of voice-over alsnog achteraf moeten uitleggen wat we zojuist hebben gezien.

Op geforceerde wijze probeert Tavernier drie verhalen over elkaar heen te leggen: naast het onderzoek naar de moorden kampt de detective namelijk met de herinnering aan de gewelddadige dood van een gevangen genomen zwarte man ergens in de vorige eeuw en hij wordt bezocht door de geest van de oude, kreupele generaal John Bell Hood uit de 19e eeuw die hem waarschuwt over zijn toekomst. Een extra handicap tijdens de veel te vaak terugkerende spookscènes is het stroeve acteren van de bejaarde acteur Levon Helm. De goede man beweegt en praat als een zojuist ontwaakt wassen beeld.

Tommy Lee Jones hebben we nu iets te vaak (en veel beter) in dit soort rollen gezien. Na No Country For Old Man had hij elke film moeten weigeren waarin hij een oude loner met een missie moet spelen. Het gevolg van zijn casting is dat de acteur op de automatische piloot lijkt te spelen. Detective Robicheaux is een vermoeiende, rusteloze vent met, zo blijkt laat in de film, een alcoholverleden (dat verder voor het verhaal geen moer uitmaakt, behalve voor het PR-bureau van frisdrankconcern Dr. Pepper). Het verbaasde me dat zijn vrouw (gespeeld door Mary Steenbergen) hem niet nog strenger aan de leiband houdt en hem tot in de vroege uurtjes zijn gang laat gaan. Robicheaux weet dat zijn acties gevaar betekenen voor zijn vrouw en zijn jonge, geadopteerde dochter, maar blijft toch obsessief doorgaan met zijn onderzoek. Spijtig genoeg levert dat gevaar voor de kijker een slappe climax op.