Unlucky Plaza is de derde raamvertelling die ik tijdens Cinemasia 2015 zag. Drie getuigen kijken in een tv-interview terug op een gijzeling in een appartement in Singapore. Net als bij Dog Day Afternoon (Sidney Lumet, 1975) gaat het om een waargebeurde geschiedenis die indertijd live op televisie was te volgen en die van de hoofdpersoon voor even een held maakte. De film is geen meesterwerk, maar van de vijf films die ik de afgelopen dagen tijdens het festival heb gezien wel de meest geslaagde.
De gescheiden Filipijn Onassis Hernandez (Jeffrey Quizon) raakt in financiële problemen wanneer zijn eetgelegenheid in warenhuis Lucky Plaza in het nieuws komt vanwege voedselvergiftiging. De hele affaire speelt zich buiten het zicht van de camera’s af, maar de gevolgen zijn groot. Klanten blijven weg en de schulden stapelen zich op. Hoe Onassis aan $10.000 komt om een appartement van Michelle Chan (Judee Tan) over te nemen en waarom hem dat een goed idee lijkt, is een beetje een raadsel. Toch gaat hij tot de aankoop over, terwijl hij Michelle slechts kent van een toevallige ontmoeting aan de bar.
Onassis weet niet dat hij bedonderd wordt en dat de vrouw de dollars wil gebruiken om samen met haar pastoor en minnaar Tong Wen (Shane Mardjuki) te vluchten uit haar huwelijk. Ze heeft genoeg van haar man Terence (Adrian Pang) en zijn constante geldproblemen. Deze voormalige acteur onder de artiestennaam Sky is tegenwoordig een beroemde motivational speaker. Hij geeft meer geld uit dan hij verdient en heeft de Chinese maffia achter zich aanzitten. Onassis krijgt de zwendel pas door als het te laat is. Gewapend met het speelgoedpistool van zijn zoontje en het grote keukenmes dat zijn bedrijf jarenlang succes heeft bezorgd, komt hij verhaal halen. Zijn actie leidt tot de ontvoering van Michelle, Sky, de pastoor en de Chinese maffioos Baby Bear (Liang Guo). Hij eist van de politie een helikopter om daarmee terug te keren naar zijn vaderland.
Unlucky Plaza is een vlotte komedie waarin met plezier deuken worden geslagen in het brave imago van Singapore. De stadstaat wekt graag de indruk dat de misdaad daar vrijwel niet bestaat, maar ondertussen proberen vermogende inwoners zich op illegale manier nog meer te verrijken ten koste van hardwerkende immigranten als Onassis. De uit de hand lopende protestactie van de Filipijn levert hem in zijn thuisland een heldenstatus op.
Jeffrey Quizon zet zijn personage neer als een aimabele schlemiel. In een Amerikaanse versie van de film zou hij gespeeld worden door Steve Buscemi. Natuurlijke komiek Adrian Pang is in zijn element als gladjakker Terence/Sky. Minder geslaagd is de geforceerde manier waarop de ernstige Shane Mardjuki grappig probeert te doen als de pastoor. Goed getimede, gevatte woordgrappen blijven dankzij de vertaling overeind in een mengelmoes van Engels, Maleis en Mandarijn. De film is met zijn twee uur wat aan de te lange kant en neemt het af en toe wat minder nauw met de werkelijkheid. Het komt bijvoorbeeld wel heel erg goed uit dat tijdens de climax opeens een tweede kinderpistool getrokken wordt.
6/10