Black Swan (Darren Aronofsky, 2010)

Facebooktwitterpinterestlinkedin

blackswan

Black Swan is een psychologisch horrordrama over de perfectionistische ballerina Nina. De bij horror benodigde schrikeffecten worden door Darren Aronofsky luid opgediend, zoals we van hem gewend zijn. Een schaduw die in het halfduister langs een open deur holt, gaat bij hem onvermijdelijk vergezeld van een knallende cue. Spiegels geven niet heel even, maar constant een onbetrouwbare reflectie. Aronofsky intensiveert de horrorclichés. Het is me onduidelijk of hij daarbij serieus te werk gaat of met een vette knipoog.

Nina (Natalie Portman) wordt uitverkoren als soliste in een moderne interpretatie van balletklassieker Het Zwanenmeer. Haar rol in de choreografie is een dubbelrol en daarom is de film omgeven van spiegelbeelden. Er gaat bijna geen scène voorbij zonder een spiegel op de achtergrond. Als de veeleisende Franse choreograaf Thomas (Vincent Cassel) de dansers uitleg geeft over de gespletenheid van de witte en zwarte zwaan, zien we van hem heel even via twee spiegels een gebroken reflectie. In de New Yorkse metro van en naar haar werk meent Nina haar dubbelganger waar te nemen van achter de metroramen. Hetzelfde gevoel bekruipt haar in de aanwezigheid van rivale Lily (Mila Kunis). Die krijgt tijdens onderbelichte momenten kortstondig dezelfde gelaatstrekken als Nina. De vrijgevochten, sensuele Lily is het levende spiegelbeeld van de geremde Nina.

Nina moet letterlijk bloeden voor haar dubbelrol en bloed druppelt rijkelijk, zoals het hoort in een horrorfilm. Als de danseres de zwarte zwaan wil zijn, zal ze haar donkere kant op moeten zoeken. Geen sinecure voor de nauwelijks volwassen Nina. Ze is 26, maar slaapt nog steeds tussen pluche knuffelpoppen bij moeder thuis. Moeder (Barbara Hershey) is een voormalige ballerina die haar carrière moest opgeven vanwege de geboorte van haar enige dochter. Haar verstikkende opvoeding biedt nauwelijks bewegingsruimte, met als gevolg dat Nina haar seksualiteit heeft onderdrukt. De verhouding tussen moeder en dochter is vergelijkbaar met die tussen Carrie en haar moeder in Brian De Palma’s Carrie uit 1976. Ook in die horrorklassieker vormt bloed het rode leidmotief, van het menstruatiebloed waar Carrie van schrikt in de openingsscène tot en met het varkensbloed in de climax.

Black Swan is voornamelijk schatplichtig aan het horrorgenre, maar er zijn nog andere films als referentie te bedenken. The Red Shoes (Powell & Pressburger, 1948) keert het vaakst terug in de recensies. De nagelscène doet mij meer denken aan de psychotische reactie van Peter Winter in Clean, Shaven (Lodge Kerrigan, 1993) dan aan de transformatie van Seth Brundle in The Fly (David Cronenberg, 1986). Een andere film over de mentale aftakeling van een personage vlak voor de première van haar belangrijkste hoofdrol is Esther Kahn (Arnaud Desplechin, 2000). De vergelijking tussen beide films is extra interessant omdat het oorspronkelijke scenario van Black Swan is gesitueerd in de toneelwereld.

Nina en Esther Kahn (Summer Phoenix) beleven hun première in een verhoogde mentale staat. Ze moeten zichzelf verliezen en buiten zichzelf komen te staan om tijdens het moment suprême de hoogst mogelijke prestatie te leveren. Op het toneel moeten ze angst en pijn uitschakelen. Tijdens de koortsachtige finale van Esther Kahn lijkt Esther op het podium buiten haar lichaam te treden, wat in groot contrast staat met de paniek, onzekerheid en frustraties die haar in de coulissen parten spelen. De gespletenheid van de performer, in combinatie met een ongezonde dosis obsessie, maakt haar kapot. De ultieme uitvoering is daarom per definitie de laatste uitvoering.

8/10